Deel 11 - Februari 2020

14 februari 2020 - Antwerpen, België

Berchem (6:30) -- Brussel (7.11)
Brussel (7.39) -- Paris Nord (9.05)
Paris Gare de Lyon (10.44) -- Milano Garibaldi (17.50)
Milano Centrale (20.10) -- Palermo (16.56)

Reis van 14 februari tot 24 februari 2020

Vrijdag 14 februari 2020

Ik zit nu in de TGV van Parijs naar Milaan.  Ik heb elke trein al wel ooit eens genomen, maar toch voelt elke rit anders, is het iedere keer een andere ervaring. 
Vanmorgen ben ik opgestaan om 5 uur. Ik heb gedoucht, vijf pistolets gesmeerd, mijn laatste spullen bij elkaar gezocht en hop naar het station. Ik was te vroeg, en heb dan ook maar een trein vroeger genomen. Wat voor mij midden in de nacht lijkt, is voor vele mensen de dagelijkse realiteit van hun werkweek. De trein van zes uur zit goed vol.

Ik zit aan het raam, zoals geboekt. Dat vind ik belangrijk. Het is onderdeel van mijn treinplezier. Mijn raam is wel maar half. Mijn stoel staat net tussen twee ramen, dus ik heb maar een klein stukje raam waaruit ik kan kijken. Je kan niet alles hebben.

Tot hiertoe verliep alles vlotjes. Het is ooit al anders geweest. Vertragingen, stakingen, treinen die niet vertrekken omdat de treinbestuurder er nog niet was, of omdat er een hele wagon was dubbelgeboekt. Ik heb alles al eens gehad. 
Vandaag had ik zowel in Berchem, Brussel-Zuid als Parijs tijd genoeg voor mijn overstap. 

Ik wil wel heel graag licht reizen, en reis dan ook met een kleine rugzak, maar omdat ik gewoon niet goed ben in het efficiënt uitkiezen van kleren en in het thuis laten van wat ik niet nodig heb,  puilt mijn kleine rugzak uiteindelijk toch nog uit. 

Tot daarnet zat er niemand op de stoel naast mij. Dat was rustig. Nu is er een vrouw komen bijzitten. Dat is even wennen aan de kauwgomgeur, het geluid van de muziek uit haar oortjes en haar ellenboog op de gezamenlijke armleuning. Mijn vrijheid eindigt waar die van een ander begint. Zo'n gezamenlijke armleuning is daar eigenlijk de perfecte illustratie van. 

13.50
In het station van Chambéry stapt er een massa volk uit. Aan hun dikke jassen en bagage is te zien dat de meesten gaan skiën. Aan hun gestresseerde gezichten is te zien dat ze nog een trein moeten nemen.

15.00
Modane. Blauwe hemel, stralende zon. Grens met Italië. Italië! Er wordt nu eerst in het Italiaans, en dan pas in de andere talen omgeroepen.  Besneeuwde bergtoppen om me heen. 
De vrouw naast me is uitgestapt. Ik ben weer op m'n gemak.

Ik ben altijd een beetje bang om mijn vrijheid te verliezen of om ongewenste gesprekken te moeten voeren, waardoor ik me vaak een beetje afsluit voor medereizigers die contact lijken te willen maken. Achteraf bedenk ik me dan dat ik ook niet dood was gegaan van een babbeltje, dat het me ook iets had kunnen brengen. In Italië verandert dat een beetje. Daar open ik. Alsof ik verander zodra we de grens over zijn of zodra ik met een Italiaan te maken heb. Ik ben wel een beetje racistisch, als je nationaliteiten ook als rassen beschouwt. Italianen krijgen instant vertrouwen van mij. Tegenover Fransen sta ik afkerig. 

In Frankrijk had de treinmanager een Frans accent terwijl hij Italiaans praatte. Sinds Modane (waar er waarschijnlijk van locomotief en personeel werd veranderd) heeft de treinmanager een Italiaans accent terwijl hij Frans praat. Tra qualche minuto arriviamo a Bardonecchia, zegt hij door de luidspreker, benvenuti in Italia! En dat laatste klinkt even feestelijk als ik me voel. Welkom in Italië! We zijn in Italië! De plek die steek houdt voor mij. 

Vanaf Zuid Frankrijk was het eigenlijk de hele tijd mooi weer. Dat is ook ooit anders geweest. Vorig jaar in april bijvoorbeeld toen ik met onweer aankwam in Palermo en het de hele week koud en grijs bleef.

18u - Milaan
Op tijd aangekomen in Milano Porto Garibaldi. Om 18.26 heb k een trein naar Milano Centrale.  In Italië wordt het spoor van de trein pas op het laatste nippertje bekendgemaakt,  waardoor er een massa mensen voor de aankondigingsborden staat te wachten, daarbij de weg blokkerend voor andere horden pendelaars die zich haastend en vaak rennend een weg banen tussen de wachtenden.  Ik word er zelf gestrest van. Alsof je midden op de weg staat, en de auto's langs je heen zoeven. 

Terwijl ik sta te kijken tot er een nummertje verschijnt, hoor ik de stem van de automatische aankondigingen. Volgens mij is die stem nog altijd dezelfde als die van 20 jaar geleden, want ik word er altijd nostalgisch van. Ze voert me terug naar mijn eerste reizen doorheen Italië. Nostalgisch bedenk ik dat ik het doodjammer zal vinden als die stem ooit een update krijgt. Anders dan de stem in Vlaanderen en Frankrijk irriteert de mature mannenstem in Italië me niet. Ze klinkt heel ontspannen en rustgevend. Vind ik. Alles is perceptie. En associatie.

In Milano Centrale is het al even druk. Het is natuurlijk ook spitsuur. Deze keer ben ik het die me een weg baan tussen de naar het bord kijkende mensen. 

Ik wurm me uit de mensenmassa en zoek iets om te eten. Ik heb net een uurtje. Bistro Centrale, dat wordt 'm. Ik smikkel een kippenpoot met gebakken patatjes en courgettes naar binnen. Daarna nog eventjes naar toilet. Er zijn weinig dingen die ik niet leuk vind in Italië, maar de openbare toiletten zijn een van die dingen. Behalve dat ze meestal vuil en betalend zijn, zijn het heel vaak ook toiletten die automatisch doorspoelen, terwijl je erop zit, meermaals. Bevorderend is dat allemaal niet. Maar de ergernis duurt maar zo lang als dat ik gebruikmaak van het toilet. Nog eventjes een broodje kopen voor morgen - want vanaf nu zit ik 20 uur ononderbroken op de trein zonder restauratiewagon, en ik heb nog maar een broodje over (en fruit en ontbijtkoekjes). Morgenmiddag rijdt de trein op de boot, en op de boot kan ik ook wel een arrancino (soort gefrituurde rijstbal, Siciliaanse specialiteit) kopen, maar we zijn graag zeker dat we geen honger moeten lijden. 
Ik koop er ook nog een Italiaanse versie van een Berlijnse bol bij, als dessertje, want door het vroege opstaan heb ik nood aan zoet.

Tegen tien voor acht ken ik m'n spoor. Hallo nachttrein! Ik heb opnieuw  tien euro meer betaald voor een couchette met drie in plaats van vier personen. Dat had ik vorige keer ook gedaan, maar toen was er een probleem met de wagon en sliep ik alsnog op de harde bedden van de vierpersoonscouchetten. Nu zit ik écht in een driepersoonscoupé! Voor tien euro meer is het luxeverschil gigantisch! Het gaat misschien maar over details, maar die maken het voor mij een pak comfortabeler. Om te beginnen zijn het gewoon veel zachtere bedden. Het bed is ook al opgedekt, en in plaats van een krappe lakenzak plus fleecedeken (altijd wel gewassen en ontsmet verpakt, op dat vlak geen probleem) ligt er nu een apart hoeslaken en een dekbed. Je krijgt dus een fatsoenlijk opgedekt bed.  Verder krijg je 's morgens koffie of fruitsap, is er een lavabo in de couchette zelf en zijn er deuren die fatsoenlijk dichtgaan, in plaats van klapperende  schuifdeuren. Blijkbaar werkt de airco/verwarming ook zoals het moet. Zo is treinreizen echt een plezier en comfortabel. Om het helemaal af te maken blijk ik onverwachts alleen in mijn couchette te zitten. Er kan altijd nog iemand bijkomen, zegt de conducteur, iemand die lastminute een kaartje koopt, maar zelfs dan zijn we nog maar met twee. Geen drie andere personen die je kunnen storen in je slaap met geuren, geluiden, licht van een gsm of met wat dan ook. 

Heerlijk. En ik mag er nog tot morgennamiddag op zitten. Heerlijk.

In de trein

Zaterdag 15 februari (9.40, in de trein)
Ik voel me koning(in) te rijk. Mijn geluk kan niet op, maar hoe zou je zelf zijn, met een compartiment voor jezelf en met aan de ene kant een ongelooflijk blauwe zee en aan de andere kant groene bergen. En dat alles met een stralende zon erbij, geen wolkje aan de lucht. Ik snakte al zo lang naar weer wat zon. We vergeten in België soms hoe weinig zonuren we hebben. 

Vanuit de trein 

Het duurde lang voordat ik gisteren in slaap viel. Ik denk dat ik toch makkelijker in slaap val met mensen om me heen. Ondanks de geluiden en storende factoren... Gezelschap doet mijn gedachten zwijgen. 

Vanmorgen wakkergeworden om 7 uur, naar toilet gegaan, en er weer ingekropen. Daarna lukte het niet meer echt om te slapen. Ik zat vol opwinding na het zien van de ongelooflijk blauwe mooie zee. Toch voel ik me vrij fris. Als ik straks weer suf word, kan ik gewoon weer een dutje doen, denk ik. Met zicht op zee, al wiegend. Ik heb niet veel nodig om gelukkig te zijn. 

Om negen uur kruip ik er toch maar uit, ga ik mezelf opfrissen en kleed ik me aan.  Van de conducteur krijg ik mijn ontbijt: een Italiaanse croissant (zo'n synthetisch riekend, verpakt exemplaar) en een sapje. Koffie kon ook, maar ik drink mijn cappuccino liever straks op de boot.

De conducteur is vriendelijk. Gisteren heeft hij mijn raam met tape dichtgeplakt toen ik zei dat die niet meer sloot (hij waaide in elke tunnel met een ruk open).

Gisterenavond, nadat hij tickets en identiteitskaart had gecontroleerd, stapte de conducteur ineens mijn compartiment binnen, zei: "excuseer, ik moet iets nakijken",  sloot de deur achter zich en deed die vervolgens op slot. Een paar seconden voelde ik een mengeling van spanning en bezorgdheid. Waarom sloot hij ons samen op? Wat moest dit!? Maar de bezorgdheid duurde maar even, hij moest gewoon controleren of de deur wel fatsoenlijk gesloten kon worden.

Rond half twaalf  's morgens komen we aan in Villa San Giovanni. Daar gaat de trein op de boot. Ik ben het ondertussen al een beetje gewoon. De eerste keren vond ik het een ware belevenis. Als ik dat vertel aan mensen, zijn ze vaak even verbaasd als ik was, toen ik de eerste keer de trein op de boot zag rijden.

Met de trein op de boot van Villa San Giovanni naar Messina (Sicilië)

Trein op boot

Volgens de dienstregeling moeten we om 10.40 in Villa san Giovanni aankomen ( Villa San Giovanni is het station waar de trein op de boot rijdt, om er in Messina, Sicilië, weer af te rijden) . We zijn daar pas een dik uur later. Op z'n Italiaans. Toch komen we precies op tijd aan in Messina. Een beetje vertraging wordt duidelijk ingecalculeerd.

Het is lang geleden dat ik nog eens met zo'n stralende zon begroet werd in Italië. Of ik kan het me alleszins niet herinneren. Misschien zaten er vorig jaar meer wolken in mijn hoofd.

Aan de bar op de boot neem ik mijn cappuccino en dan toch maar een arrancino. En toch maar een klein zakje Fonzy's (chips). 

De hele treinrit naar Sicilië duurt in totaal een 36 uur en kost me, als ik het goed uitzoek en op tijd boek, zo'n 200 euro. Maar op zich zou het veel korter en goedkoper kunnen. Als je bedenkt dat de helft van het traject (van Milaan naar Palermo, 1000 km) mij maar 50 euro kost. Dat is toch geen geld. Van Berchem naar Milaan is het ook maar iets van een 1000 km, maar daar betaal ik in totaal wel zo'n 150 euro voor. Met een directe verbinding van Brussel naar Milaan moet dat toch goedkoper kunnen? En sneller, want ik verlies veel tijd met overstappen. Ik droom van een directe verbinding tussen Brussel en Italië. Vroeger bestond er nochtans een nachttrein van  Brussel naar Milaan.  Ik heb er nog op gezeten, twintig jaar geleden. Die deed er natuurlijk wel langer dan twaalf uur over. De TGV tussen Parijs en Milaan doet er zes uur over.  Als die lijn zou worden doorgetrokken naar Brussel, dan zou Brussel-Milaan perfect mogelijk zijn in minder dan 10 uur. Ik zou dan 's morgens vroeg kunnen opstappen in Brussel en 's avonds in Milaan de nachttrein  naar Palermo kunnen nemen. Nog beter zou een directe trein van Brussel naar Palermo zijn. Die zou 's avonds rond 18 of 19 uur vertrekken en er in totaal maar 24 uur over doen. Dat is gemiddeld 100 km per uur. Ik kan maar dromen. 

Maar te smooth moet het ook allemaal niet gaan. In Italië gaat er niks smooth, qua organisatie en planning enzovoort. Maar de mensen leven er wel een pak ontspannener. Als alles smooth en volgens plan moet lopen, gaat dat altijd ten koste van de rust van degenen die ervoor moeten zorgen dat alles nauwgezet en volgens plan verloopt. Degenen die dan weer stress krijgen van dingen die niet volgens plan verlopen, in Italië, die verhuizen naar een noordelijker land. Mijn prof Italiaans is zo iemand. Dat heeft ze me gezegd. Zij krijgt stress van chaos en wordt rustig van het planmatige. In België lopen de dingen in vergelijking met Italië heel erg volgens plan. Er wordt veel belang gehecht aan organisatie en schema en uurregelingen. Maar dat heeft een keerzijde. Er wordt dan namelijk aan menselijke flexibiliteit ingeboet. Een beetje zwart-wit gesteld, maar daar komt het op neer. Buschauffeurs die de deur niet meer willen opendoen voor iemand die nog komt aanhollen, winkeliers die klokslag zes uur de deur voor je neus sluiten en je niet nog snel datgene laten kopen wat je dringend nodig hebt: dat zijn dingen die je in Italië (en zeker in Sicilië) veel minder tegenkomt. In Sicilië primeert het menselijke boven het plan, algemeen gesteld. Maar een buschauffeur die een paar keer toch nog iemand laat instappen, zal snel een paar minuten later op schema zijn. Je kan niet alles hebben. 

Ik kijk op van mijn schermpje en zie plots een ongelooflijke zee. Snel neem ik een foto. Een man van het compartiment naast me reageert bijna verontschuldigend voor zijn zee: eh, ora il mare non è gran che. Zo van: Tja, nu stelt de zee niet veel voor. Ik antwoord ontsteld: hoezo niet, è spettacolare!! Ik leg uit dat je na een winter in België een beetje het gevoel hebt uit een zwart-witfilm te stappen, met de grijze lucht, grijze huizen,...  Het is alsof ik plots in een kleurenfilm zit. Dat ongelooflijke blauw, die vele kleuren en tinten blauw, grijs, groen, met daarbovenop een knalblauwe hemel. Het is als eten na dagenlang honger lijden. Voor hem is de zee vandaag wat 'minder' natuurlijk, want ze is wat woelig vandaag. 

Vanuit de trein

Aangekomen. Precies op tijd. Alberto, de host van de airbnb waar ik gewoonlijk logeer, is de badkamer aan het renoveren, en had dus geen kamer beschikbaar. Ik logeer nu in een andere b&b dichtbij het station.

18.15
Ik heb me gedoucht, me omgekleed en ben naar Bisso Bistrot (ofte Libreria Dante) gegaan. Ik ben te vroeg, het is nog niet eens half zeven (je kan maar eten bestellen vanaf 19u), maar ik heb al aperitief besteld en ben aan een van de grote tafels gaan zitten. Alle  tafels in Bisso Bistrot worden gedeeld. Elke stoel wordt benut. Op de gevel staat Libreria Dante. Decennialang was het een boekenwinkel. De plek ademt liefde en passie. Eerst voor boeken, en daarna voor eten en al die tijd voor traditie en geschiedenis.

Omdat alle tafels gedeeld zijn, is het dus ook de perfecte plek om alleen te gaan eten. 
Het is uiteraard ook DE plek om aan te praat te raken met mensen. Willen of niet, bijna. Ik heb een Spritz besteld. En door de vermoeidheid en omdat ik nog niet gegeten heb, stijgt de alcohol na een kwart glas al ongelooflijk naar mijn hoofd. Ik ben aan het draaien en vraag me af of ik nu draai van vermoeidheid of van de drank. Waarschijnlijk beide.

 De  muziek is hier ook heel goed. Dankzij Shazam (leve shazam! Nooit meer een liedje horen en je leven lang spijt hebben dat je er nooit bent achtergekomen an wie dat prachtige liedje was!) weet ik dat het Solid Ground van Michael Kiwanuki is. Nooit van gehoord.

Het Franse koppel dat eerst naast mij zat, is weg en er is een familie in de plaats gekomen. Twee tienerdochters van ongeveer veertien of vijftien. De vader zit naast mij, een beetje met zijn rug naar mij gekeerd. Aangezien ik al tegen de muur zit, voel ik me een beetje geklemd tussen twee muren. Heel aangenaam is dat ook niet. Ik vind, als je naar een dergelijke plek gaat, moet je je wel een beetje sociaal opstellen. Een groepje vrienden naast mij had leuker geweest natuurlijk, want groepjes vrienden in Italië betrekken je onmiddellijk altijd overal bij. Dat is zoiets dat helemaal anders is in België. 
Ik voel mij plots alsof ik ongevraagd aan een familietafel ben bijgeschoven, die doen of ik er niet ben. Alsof ik toevallig en ongewenst mij opgedrongen heb aan de intimiteit van een gezin.

Zondag 16 februari (koffiebar, Palermo)

Ik was gisteren plots in een vervelende bui. Waarschijnlijk omdat ik door de Spritz levendig en sociaal geworden was, en naar iedereen berichten begon te sturen, maar ik niemand vond om mee af te spreken. Toni reageerde koeltjes en Stefano had al plannen. Ik voelde me afgewezen, waarschijnlijk gewoon door Toni. Ik voelde me onzeker, kwetsbaar, belachelijk, needy… enz. Enkel Patrizia (waarmee ik in september 2019 ben gaan kajakken) wou graag afspreken, maar ze kon pas vanaf tien uur, half elf. Dat ging ik niet halen, ik was al moe, en het was ook nog maar half acht... We spraken dan maar af om elkaar de volgende ochtend te zien.

Toen ik in de b&b was, belde Andy me nog op, nadat ik nogal cynisch op een aantal berichten van hem had geantwoord. Als ik in een cynische bui ben, vol zelfmedelijden, laat je me beter met rust. Tenzij je de dingen met humor kunt relativeren. Bart kon dat goed. Het drama ervan af halen. Ik kon dan lekker sarcastisch zitten doen, en een beetje zwarte humor later voelde ik me opnieuw beter. De dramatiek eraf gehaald.

Vanmorgen echt een stuk zonniger wakker geworden. Ondanks een kutnacht, met het voortdurende lawaai van een pomp op de binnenkoer, waar mijn kamer op uitkeek.

Om 11.30 heb ik afgesproken met Patrizia. Om 14u heb ik de bus naar Trapani.

Maandag 17 februari

11u, met cappuccino aan een tafeltje

Ik heb gisteren niet meer kunnen voortschrijven. Lastig vind ik dat. Ik had gisteren helemaal geen nood aan andere mensen, maar het is toch zo uitgedraaid dat ik zowel ’s middags als ’s avonds in gezelschap was. Terwijl ik liever wou schrijven. Soms is het omgekeerde het geval.

Gisteren, zondag, was ik dus best vrolijk opgestaan. Ik voelde me een stuk zelfverzekerder dan de avond van mijn aankomst. Dat was ook te merken aan de mannen die naar me omkeken. Ik heb dat niet in België: mannen die naar me omkijken. Het zit ‘m ook in onze cultuur: we hebben geen cultuur van openlijke appreciatie voor vrouwen (fluitende straatwerkers daargelaten), maar het heeft ook te maken met wat Sicilianen blijkbaar in me zien, wat doorgaans Belgen niet eens opvalt. Of misschien heeft het te maken met een uitstraling die ik in België gewoon niet heb: de vrolijkheid en de levenslust omdat ik in Italië ben.

Ik liep dus zondagochtend, na mijn ontbijt in de bar vlakbij de bnb, en vóór mijn afspraak met Patrizia, door de straten van Palermo in de zon, met een goed humeur en een vrijheidsgevoel. Ik liep zonder jas, het was warm, de zon brandde op mijn rug. Ik liep eerst naar het treinstation om mijn busticket te kopen. Ik had bij het ontbijt al een berichtje gestuurd naar Patrizia om te vragen waar ze wilde afspreken, maar tegen 10.30 nog geen antwoord gekregen. We hadden rond 11.30 afgesproken, dus ik begon te vermoeden dat ze misschien niet meer kon of wilde afspreken. (het was gisteren zaterdag, misschien had ze ’s avonds de bloemetjes buitengezet en had ze een kater…) Ik besloot naar Via Maqueda te lopen om opnieuw mijn hoedje te kopen. Om 11.20 belde ze me op. Plots werd afspreken moeilijk. Ze klonk gehaast en druk. Wat een schril contrast was met mijn ontspannen vakantiestemming. Ze wilde me oppikken met de auto, maar ik wilde niet van mijn vrijheidsgevoel beroofd worden, en wilde te voet. Waar ze me ook naartoe wilde brengen met de auto, daar kon ik ook te voet geraken, en waarschijnlijk even snel. Ik stelde voor om ergens in de buurt van de Vucceria af te spreken, rond 12u. Ze reageerde dat ze hakken aan had en met de auto was, en dat dat dus niet ging. Ze maakte er een groot probleem van, en ook van het feit dat ik niet wilde opgepikt worden. Ze bleef aandringen en begreep niet waarom ik ‘moeilijk’ deed.  Ze stelde voor om aan de haven af te spreken, en uiteindelijk zijn we van daar uit toch nog naar de Vucceria gewandeld, wat daar vlakbij was. Ik begreep niet goed waarom we dan niet meteen aan de Vucceria konden afspreken, en waarom die hakken en haar auto zo’n probleem waren, terwijl die uiteindelijk geen probleem vormden. Ik begrijp zulke dingen niet. Ik werd moe van zo’n problematische manier van afspreken en dan hoeft het al bijna niet meer voor mij.  Het geeft me onnodige stress, en die wil ik op vakantie net vermijden.

Ik was eerder aan de haven dan zij, en ik begon een praatje met een visser die zijn sardienen en ansjovissen die hij zelf had gepekeld, aan het ontvellen en in potjes aan het doen was. “What fish is this?”, vroeg een toerist, wijzend op een makreel die er ook lag. De visser was net geconcentreerd met iets bezig en zei “ ‘spetta!” (wacht even). “Aah, spetta”, zei de toerist.

Daarna dook Patrizia op, die blijer leek om mij te zien, dan ik haar. Ik wou gewoon rust, en mijn eigen ding doen. Ik wil altijd rust op reis. Daarvoor ga ik op reis. Precies daarom. Om dat te kunnen doen, mijn eigen ding. Dat is de bestaansreden van mijn reis.

We zijn een broodje ca meusa gaan eten. Dat is een broodje met gebakken milt. Dat wilde ik al lang doen. Na het broodje en een koffietje – het was toen al 13.15 –  snel terug naar de bnb gelopen om m’n rugzak op te halen en naar de bus te lopen.

In de bus heel erg van de landschappen genoten.

14u aan het water op het bankje

Het is lang geleden dat ik nog eens in de winter in Trapani was. Of dat lijkt toch zo. Vorig jaar heb ik gewacht tot april. En 2018 kan ik me niet eens meer herinneren...

Ik voel me onrustig door gisteren. Dat is lastig. Ik moet daarvan bekomen, mijn evenwicht, mijn doel terugvinden. Mijn focus lag gisterenavond even op het me niet laten omverlopen door Giampiero. Op het niet zielig en zwak en hulpeloos en stom overkomen. En dan vergeet ik waarom ik hier ben. Giampiero gedraagt zich tegenwoordig ongeduldig, geërgerd, kortaf en geprikkeld bij mij. Het heeft meer met zijn eigen lastigheid dan met mij te maken, dat weet ik, maar het confronteert me met mijn eigen onzekerheid. Als hij kortaf is, en op een vraag van mij reageert in de stijl van “oh zeg, Veerle, weet ik veel”, dan voel ik me stom, onhandig, seuterig… enz. Ik weet dat het mijn onzekerheid is waar hij zich aan ergert, of dat denk ik dan toch. Maar ik hoef geen bevestiging van hem, ik wil alleen niet afgesnauwd worden.

Even over gisteren:

Toen ik gisteren rond 16u met de bus aankwam in Trapani, ben ik gaan inchecken in de bnb en op zoek gegaan naar een supermarkt. Het was gisteren zondag dus er was niet zo veel open. De Spar vlakbij het bankje was dicht. Op Google vond ik een supermarkt die wel open was, maar die was wel op een half uur wandelen. Ik besefte dat de zon bijna ging ondergaan, en dat ik dus evengoed eerst naar de zonsondergang kon gaan kijken aan het bankje.

Trapani is zo klein, en haar inwoners zo voorspelbaar, want toen ik op het bankje van m’n favoriete plek zat, zag ik de twee broers plots komen aanwandelen. Giampiero en Alessandro. Het was superfijn om ze terug te zien. Samen met hen twee naar de zonsondergang gekeken.

Het bankjeAlessandro en GiampieroHet bankje

Ze gaven mij daarna  een lift naar de supermarkt, die vlakbij hun huis lag, en daarna zette Giampiero me weer aan de bnb af. We spraken af om later op de avond pizza te gaan eten.

Hoewel ik dus eigenlijk liever alleen wilde zijn en wilde schrijven. Maar een mens moet ook eten en het leek me wel gemakkelijk aangezien ik niks voorzien had. In Sicilië eten ze pas na 20u, dus ik heb eerst de boodschappen opgeruimd, gedoucht en toch nog een beetje geschreven. Tegen 20.30 haalde Giampiero me op. Door zijn ongeduldig gedrag vraag ik me af of hij eigenlijk wel zin heeft om met me te gaan eten, of gewoon vriendelijk probeert te zijn. We zijn in de ‘beste pizzeria” van Trapani gaan eten, waar het altijd aanschuiven is, zelfs in deze rustige periode. Dat bracht herinneringen terug. Ik had daar met hem in november 2016 ook gezeten. Giampiero herinnerde er zich niet veel meer van.

Na de pizza gaan slapen. Rond 22u naar m’n bnb-appartementje gegaan.

Dat was dus zondag, de eerste dag van de vakantie: ontbijtje – rondlopen in Palermo – lunch met Patrizia, bus naar Trapani, zonsondergang met  GP en Alessandro en pizza met GP.

Dinsdag 18 februari (‘s ochtends aan tafeltje van koffiebar)

Vandaag lijkt het frisser, maar er is wel een blauwe lucht. Door Giampiero vergeet ik wat ik hier kwam doen. Ik word daar onzeker van. Los van het feit dat hij nog altijd belangrijk voor mij is. Maar ik word verward van hem.

Ik kom altijd naar hier om te herbronnen, mezelf terug te vinden, het positieve, pure in mezelf te vinden. Dat is moeilijk met iemand die je terugvoert naar een mentale toestand van onzekerheid en gekwetstheid, of zoiets. Hij heeft het bovendien ook heel moeilijk met zichzelf, hij zit op het vlak van werk en financiën een beetje in een uitzichtloze situatie, hij is zijn goed humeur verloren, en straalt die negativiteit af op mij. En ik ben daar vatbaar voor, want ik heb met hem te doen, ik geef om hem, ik trek me zijn situatie aan. Maar ik betaal 400 euro aan treinen om hier wat positiviteit op te snuiven, omdat ik zelf al te vaak thuis in negativiteit zit. Dus dat is allemaal vermoeiend en verwarrend. Hij is ook niet eenduidig blij om mij te zien. Ik zie wel dat hij om mij geeft: hij is beledigd dat ik zo laat pas had laten weten dat ik naar hier kwam, hij gaat met mij pizza eten, hij kwam me gisterenavond bij zonsondergang zoeken aan het bankje, hij reed me gisteren ook naar de winkel en weer naar de bnb. Dus ik weet wel dat hij om me geeft, maar vrolijk wordt hij blijkbaar niet van mijn gezelschap. Integendeel, ik lijk hem in alles te ergeren. En dat is nu precies wat ik NIET nodig heb. Ik ben niet graag een bron van ergernis. Tenzij ik het niet erg vind.

Maar het is lang geleden dat ik dingen helder geformuleerd kreeg voor mezelf of voor anderen (Muriëlle, Roberto, Giampiero,…), omdat ik zo ver van mijzelf lijk te staan, en dus het is niet dat ik hem eventjes ad rem op zijn plaats kan zetten of zo.

Gisteren, maandag, heb ik eigenlijk niet veel gedaan. Ik dacht mijn week door te brengen aan de kant van mijn appartementje, al lezend in het zonnetje op het strandje. Maar de zon komt nog niet hoog genoeg om daar, achter de stadsmuren, veel zon te geven, en bovendien ligt het strandje opnieuw vol met algen. Meters opgedroogde algen.

Ik heb een beetje zitten rondlopen tot ik weer aan het bankje kwam en besefte dat het daar het rustigst en het aangenaamst was, en ook het warmst. Ik heb er een tijdje gezeten tot ik honger kreeg zo rond een uur of 14.30.  Ik ben dan naar de bnb gelopen, daar een slaatje gegeten en dan weer terug gewandeld en opnieuw aan het water gaan zitten. Tegen zonsondergang kwam Giampiero me daar dus zoeken. Net toen we het over zijn financiële situatie hadden (en over de uitzichtloosheid), belde de kabinetssecretaresse (bij wie ik een sollicitatiegesprek had gehad) me op om me te zeggen dat ik kon beginnen op het kabinet. Ik heb dus weer werk. Ik heb er een dubbel gevoel bij. Ik ben bang dat ik daardoor mogelijkheden dwarsboom om freelance vanuit het Italiaans te vertalen.

Ik zou liever naar hier verhuizen. Ik zou zelfs in een bar kunnen werken. Als ik me maar dicht bij mijzelf voel, en niet zo vervreemd.

Maandag was dus: ontbijten & schrijven aan barretje – rondlopen – aan mijn plekje in de zon gezeten en geschreven – zonsondergang en arrancino met Giampiero.

Woensdag 19 februari

Gisteren, dinsdag,  niet zo’n topdag gehad. Niet dat ik echt weet waarom, maar waarschijnlijk speelt het feit dat ik weer fulltime ga werken wel een rol. Ik vond gisteren mijn rust niet. Die heb ik nog altijd niet echt gevonden.

Na mijn ontbijt aan het barretje ben ik eerst naar de vismarkt gegaan, waar ik wel heel vrolijk van werd. Die uitbundigheid, de zorgeloosheid en levenslust van de marktkramers is aanstekelijk. Voor vijf euro 600 gram scampi’s gekocht, voor 1,5 euro een romanesco-bloemkool en een bakje aardbeien.

Daarna een dutje gedaan. Een halfuurtje op bed gelegen en dan tegen 13 gedoucht en mijn haar gewassen. Het deed deugd om fris gewassen te zijn, maar ook de warmte van het water deed goed, want het was maar frisjes gisteren, en binnen is er niets van verwarming.. Na de douche een slaatje gegeten en dan met mijn boek naar het bankje vertrokken. Ik ben wel 5 keer van plaats veranderd. Ik ergerde me aan luidruchtige jongeren een eindje verder, en mijn boek kon me niet boeien. Kortom, ik vond mijn rust niet. Geen idee of Giampiero daarbij een rol speelde. Terwijl ik daar zat, stuurde hij dat hij aan de haven zat met Valentina (met wie ik ooit eens in Berchem heb afgesproken). Ik overwoog iets terug te sturen, maar dacht dat ik beter op mezelf bleef, om rust te vinden. Maar die vond ik dus niet.

Na een tijdje kwamen de wolken. Ik besloot wat rond te wandelen, naar Torre Ligny en richting La Colombaia, en dan spaghetti en look te kopen voor bij de scampi’s ’s avonds.

Trapani

Daarna heb ik mezelf een beetje opgesloten. Ik had geen mentale energie meer. Ben weer eventjes in mijn bed gaan liggen. Dan uiteindelijk beginnen koken. Ik wist niet goed wat ik met die halve kg scampi’s moest doen. Ik heb ze ongepeld in de pan in een laag olie met look gegooid. Daarna een uur bezig geweest met pellen, de pasta gekookt, de broccoli gekookt, en dan alles opnieuw in de pan gebakken met tomaatjes erbij. Tijdens het koken had ik zo veel honger gekregen dat ik een half bakje amandelen naar binnen werkte, en ook wat toastjes met pistachecrème, en toe ik klaar was met koken, had ik geen honger meer.

Daarna nog wat geschreven, gechat met Andy en een mail gestuurd naar Liesbeth (de nieuwe collega-vertaler) met vragen over wat ik kan verwachten. Dan bed in.

Ergens ben ik gisteren mijn zonnebril vergeten. Dat is lastig.

Ik denk dat ik soms verdwijn. Er niet helemaal ben. Omdat ik me te zwak voel om er te mogen zijn of zo. Ik moet dan ergens de veiligheid of de gelegenheid hebben om terug boven te komen, in al mijn verdriet, onzekerheid en negativiteit, of zo. En als dat dan kan, dan kan ik er ook weer beter zijn. Of zoiets. Daarnet in de aliscafo naar Favignana lukte dat. Lukken is niet het woord, want het is net door niks te proberen, dat het lukt.

Donderdag 20 februari

Gisteren een heerlijke dag gehad. Onverwacht. Zo gaat het meestal.

Ik heb alcohol gedronken in de namiddag, en in de late namiddag nog koffie gedronken, waardoor ik pas heel laat in slaap viel. ‘s Nachts werd ik ook een aantal keer wakker en ’s morgens werd ik heel vroeg wakker. Ik voel me vandaag een beetje katerig.

Gisterenmiddag dus de boot naar Favignana genomen. In de boot werd ik eindelijk wat rustiger, wat dichter bij mezelf en ik had plots ook zin om Salvatore te zien. Ik stuurde dat ik naar Favignana kwam en dat ik hem op koffie zou trakteren als hij wou. Toen ik van de boot stapte, reed hij net met de fiets richting de boot om daar iets af te geven. Hij vroeg of ik mee ging bbq’en. Ik wilde eigenlijk alleen rond gaan fietsen op het eiland, maar bbq’en aan het water… dat kon ik toch niet laten passeren. Al voelde ik me nog niet helemaal in staat, of ontspannen genoeg, om weer met onbekende mensen op schok te zijn. Ik hoopte dat de drank me wat losser zou maken.

Met twee van zijn vriendinnen zijn we naar Bue Marino gereden. Prachtig daar, ik was er nog nooit geweest. Daar bbq aangestoken, vleesje erop, wijntje erbij. Was gezellig.

Bue MarinoBbq bij Bue MarinoBue MarinoBue MarinoBue Marino

Tegen 17u weer naar het dorp, waar we nog koffie dronken in een bar. Salvatore moest opnieuw beginnen werken, dus nog snel naar de boot van 17.20 gelopen.

Toen ik weer in Trapani was, had ik geen honger meer, en ook geen zin om nog buiten te komen. Giampiero had me overdag nog een bericht gestuurd, of ik zin had in een ritje naar Mothia. s’ Avonds belde hij.

Die avond de foto’s bewerkt die ik aan Bue Marino had gemaakt, en ze dan naar Salvatore en de twee vriendinnen doorgestuurd. Gedoucht en nog wat op internet gezeten. Ik voelde me wel vervuld met warmte en met leven. Salvatore is iemand met veel positieve energie.

Ik stuurde ook een berichtje naar Paolo. Ik was er zeker van dat hij samen met Elisa en hun zoontje in Parijs was, maar ik wilde toch even checken. Hij antwoordde enthousiast dat hij wel in Trapani was en dat hij wilde afspreken de volgende dag (deze namiddag dus).

Gisteren was het redelijk bewolkt in de namiddag. ‘s Avonds en ‘s nachts waaide het enorm hard. Vanmorgen is het aan de kant van mijn bnb heel onrustig, aan de kant van de haven is het rustiger.

Woensdag was dus: dagje Favignana

13u aan Torre Ligny

Ik overwoog gisteren om vandaag (donderdag) naar Marettimo te gaan (een van de twee andere Egadische eilanden, buiten Favignana), om daar te gaan wandelen. Maar omdat het weer nogal onrustig is, met veel wind, en omdat Paolo voorstelde om vanmiddag af te spreken, besloot ik toch maar niet te gaan. Ik vraag me wel af of dat een goed idee was, want Paolo kennende kan ‘pomeriggio’ (namiddag) alles tot 19u zijn, en niks is zeker bij hem. Hij zegt dat dan wel, maar uiteindelijk kunnen er honderd-en-een andere dingen tussenkomen. En ondertussen had ik al heen en weer naar Marettimo kunnen gaan. Hier in Trapani lijk ik mijn rust niet te vinden. Er zijn vandaag ook geen rustige, windstille, zonnige, aangename plekjes om een boek te lezen. Uiteindelijk vond ik wel een plekje uit de wind, aan Torre Ligny.

Gisterenavond, toen ik al in bed lag (ik lag er al om 20u) belde Giampiero om te vragen of ik mee ging eten/drinken. Maar ik was uitgeteld. Vanmorgen belde hij weer, maar mijn wifi stond uit.

Ik mis mijn zonnebril.

17u aan het water

Tegen 14u ben ik naar het appartement gegaan om iets te eten. Dan even op bed gelegen. Zoals verwacht nog geen bericht van Paolo. Half drie is voor mij volle namiddag. Ik besloot dan maar naar de ruïne van de tonijnfabriek te wandelen, helemaal aan het andere einde van Trapani. Dat bleek een goed idee: ik genoot van de wandeling, van de geur van de zee, de wind… Ik zette mijn gsm uit. Nu moest hij me ook niet meer storen, nu wilde ik helemaal tot aan de ruïne wandelen. Toen ik er was, zette ik mijn gsm weer aan. Nog altijd niks van Paolo. Ik haatte het dat ik om de zoveel tijd op mijn gsm keek. Ik begon me te ergeren. Ik weet wel dat hij zo is, het is de Siciliaanse manier van doen, maar het geeft me toch weer het gevoel alsof ik niet genoeg waard ben.

TrapaniTrapaniTrapani

Toen ik weer in het centrum was, heb ik mezelf een glas versgeperst fruitsap getrakteerd, en dan richting de zonsondergang gewandeld. Iemand van de bar kwam achter me aan en begon met me te praten. Ik had er niet zo heel veel zin in, al bleek het nog wel een interessante mens, maar ik voel me gewoon mentaal moe en ik wil alleen zijn. Daar had hij wel begrip voor. De hevige wind van vandaag was een overblijfsel van de storm Denis, zei hij , de storm die een aantal dagen eerder bij ons had gewoed. Dat vond ik dan weer wel interessant. Hij deelde mijn mening over Trapani ook.

Ik ben een beetje nerveus, bezorgd, onrustig, dat Giampiero me hier weer gaat zoeken, want daar heb ik geen zin in. Ik wil kunnen mijmeren en ik heb geen zin in flauwe grapjes en commentaar op alles wat ik doe.

Net toen ik mijn fruitsapje in handen had, kreeg ik dan uiteindelijk toch een berichtje van Paolo. Of ik in de stad was. Ik zei ja, daarna geen antwoord meer. Toen ik afscheid nam van de man die achter me was aangekomen, stuurde ik naar Paolo dat ik op het punt stond om naar de zonsondergang te gaan kijken. Een halfuur later antwoordde hij dat hij me zou schrijven zodra hij in het centrum was.

19.30 in appartement

De zonsondergang bleek uiteindelijk niet zo spectaculair en ik kreeg het koud en honger. Ik had niet zo veel zin om meteen af te spreken met Paolo. Liever eerst een douche om op te warmen. Ik stelde voor om later af te spreken, omdat ik eerst wilde douchen. Opnieuw geen antwoord. Hoe moet ik dan weten hoe hij het ziet. Dus ik dacht: ik ga alvast douchen en eten. Want ik had nog altijd het restje van mijn visschotel van gisteren. Na het douchen bleek hij viermaal gebeld te hebben, maar ik heb geen zin meer. Ik heb geen mentale energie, geen vrolijkheid. Dat komt ook door deze namiddag, doordat ik me weer afhankelijk voelde, me in het duister gelaten voelde. Ik heb het zo gehad met het achter mensen aanlopen, met het wachten op een reactie, met het gissen van wat mensen willen. Ik ben daar helemaal klaar mee. Ik verdraag het niet meer. En ik kan er ook niet tegen dat ze me opjagen.

Ik heb mijn wifi uitgezet, ik heb niks om te geven. Ik ben niet in de stemming om sociaal te doen.

Mijn donderdag was dus: ontbijten – naar het water – Torre Ligny – lunch – wachten op bericht Paolo – naar ruïne – naar zonsondergang – appartement

Vrijdag 21 februari

‘Slecht’ weer werkt wel een beetje op mijn gemoed. Zo’n wind is enerverend. Vandaag is de wind weg en de wolken ook. Hopelijk vind ik nog een zonnebril voordat ik op de boot stap, want vandaag ga ik opnieuw naar Favignana.

Vannacht veel beter geslapen. Ik sliep al rond 22u. Tot 8.30 geslapen en om 9.30 eruit. Gedoucht, opgeruimd, en een berichtje van GP gekregen dat hij aan de bar van de haven was. Ik zei dat ik er over een uurtje zou zijn. Mijn humeur was gisteren heel erg pover. Vandaag veel beter.

14u op Favignana, Bue Marino

Ik heb denk ik tot nu toe enkel op Favignana gevonden wat ik zocht. De rust…

Terwijl het hier in de zomer, zelfs al in april-mei, over de koppen lopen is, is het hier in de winter een verlaten paradijs. In Trapani is het eigenlijk vrij doods. Achteraf bekeken had ik al eerder naar Favignana of een van de andere eilanden moeten gaan. Ik heb nu een beetje het gevoel dat ik de andere dagen niet ten volle benut heb. Maar ja,  achteraf is het altijd makkelijk om te weten wat het beste is om te doen. Ik dacht dat ik genoeg aan Trapani ging hebben, maar dat bleek niet.

Door hier te zijn, in de pracht en de rust van Favignana, vraag ik me af wat ik die andere dagen in hemelsnaam heb gedaan. Ik heb gewoon twee dagen (maandag en dinsdag) mijn ontspanning gezocht daar aan het water in Trapani, maar die vond ik niet.

Vanmorgen na mijn ontbijt op zoek gegaan naar een zonnebril. Terwijl ze je in de zomer bijna naar je hoofd smijten met zonnebrillen, lijkt het nu bijna een queeste. Nergens vond ik er één. Ik wilde er ook geen 100 euro voor betalen. Door het zoeken naar de zonnebril was ik te laat aan de bar, want GP was al weg.

Om 11.30 de aliscafo genomen. Een berichtje gestuurd naar Paolo om sorry te zeggen voor gisteren, maar geen antwoord.  Een berichtje gestuurd naar Salvatore, of hij geen extra zonnebril had. Dat had hij niet, en of ik naar Favignana kwam, dan. Ik was bang dat hij zou denken dat ik voor hém naar Favignana kwam, wat helemaal niet het geval was, maar toch voel ik me nog onzeker en kwetsbaar ten opzichte van hem, gewoon omdat ik hem graag mag. Die woensdag op Favignana toen we zijn gaan bbq’en, ontdekte ik weer hoe graag. Ik was het vergeten. Ik voelde ook opnieuw aantrekkingskracht. Hij schreef in zijn berichtje: “je weet me te vinden, thuis of in de winkel”. Daar kan ik dan totaal niet uit afleiden in hoeverre hij dan zin heeft dat ik hem effectief opzoek.

Aangekomen op Favignana kreeg ik een berichtje van GP, om te vragen of ik mee ging lunchen met zijn vader. Toen ik antwoordde dat ik op Favignana was, reageerde hij: “jouw probleem is je communicatie”.

Een fiets gehuurd en langs de winkel van Salvatore gefietst om mijn hoofd te laten zien. Maar ik voel me onzeker en onwennig. Hij is ook aan het praten met anderen en zegt eerst: “wacht”, en als ik zeg dat ik een toertje ga fietsen, zegt hij: “bel me nadien”. Maar ook daaruit kan ik niet opmaken of hij dat nu echt wilt, of zomaar zegt.

Ik fiets eerst naar Cala Rossa. Het uitzicht is adembenemend. Geen ziel te zien.

Cala Rossa

Daarna zoek ik Bue Marino opnieuw, waar we hebben gebarbecued. Als ik de weg vraag aan een oud mannetje op de fiets, fietst hij het hele eind met me mee tot aan Bue Marino. Daar heb ik me geïnstalleerd en een tijdje geschreven en gelezen. Ik stuurde naar Salvatore dat Favignana prachtig is in de winter. Daarna nog wat verder gefietst, maar de wind werd heviger en frisser. Tegen 17u ben ik teruggefietst naar het centrum, met de bedoeling om nog snel iets te eten voordat ik de aliscafo weer nam. Toen kreeg ik een bericht van Salvatore dat hij in de winkel was. Ben er dan eventjes langsgegaan, eventjes gebabbeld, en toen er klanten kwamen een broodje panelle gaan halen op het pleintje.

Dan om 18u de boot genomen. Salvatore wilde meelopen naar de boot, maar had net een klant. Hij is me dan achterna gekomen, en net voor ik op de boot stapte hebben we elkaar omhelst, en zei hij dat ik altijd welkom was.

Toen ik weer in Trapani was, heb ik een crèpe gekocht, daar had ik plots enorm veel zin in. Daarna douche genomen om me op te warmen, want ’s avonds is het altijd koud zo zonder verwarming. Sicilianen gebruiken de warme stand van hun airco wel om woningen op te warmen, maar zo efficiënt werkt dat niet.

 Ik wilde nog wel moeite doen om Paolo nog te zien, het was mijn laatste avond in Trapani, maar hij kon pas heel laat ’s avonds en dat zag ik niet zitten.

Mijn vrijdag was dus: ontbijt – zonnebril – aliscafo – fietsen op Favignana – crepe - slapen

Zaterdag 22 februari

Aan een barretje met cappuccino

En toen was ze voorbij, de vakantie. Alweer heb ik de temperatuur verkeerd ingeschat, en heb ik te veel zomerkleren meegenomen die ik niet nodig had. Maar het kan hier ook zo snel omschakelen. Doe de wind weg, doe er 2 graden bij en je loopt effectief wél in een zomerkleedje, of een t-shirtje. Daar had ik op gemikt, op gerekend. Er zijn wel t-shirtmomenten geweest, maar minder dan ik had verwacht.

Een ander punt van de ‘balans’ van deze week is dat ik misschien toch te veel alleen was. Het evenwicht is zo moeilijk. Ik heb het alleen zijn nodig om mijn weg te kunnen vinden, te weten wat ik wil, om dicht bij mezelf te blijven. Maar alleen anderen kunnen de extraverte kant uitlokken, of erop inspelen. Ik weet niet goed hoe ik het moet uitleggen. Ik heb mensen nodig, dat hebben we allemaal, maar ik heb het alleen-zijn nodig om er te kunnen zijn, er te durven zijn, om mijn ruimte te kunnen innemen. Dus ja, op dat vlak ben ik dan wel dichter bij mezelf gekomen. Ik had alleen nog iets meer zon en warmte gewild, want die heb ik nodig om te kunnen ontspannen. Al is dat relatief, want de voorbije vakantie kon ik niet goed tegen de hitte, en vond ik liggend in de zon ook niet altijd mijn rust.

Ik heb deze week weinig zin gehad om GP te zien. Dat was omdat hij me onrustig maakt, hij voortdurend cynisch en negatief doet, me het gevoel geeft dat ik idioot ben, en ik mezelf niet in hem terugvind. Ik voel me vooral onzeker, ongemakkelijk, belachelijk, als ik bij hem ben.

Ik heb hem toch maar een bericht gestuurd om afscheid te nemen. Hij vroeg waar ik zat en dat hij zou afkomen.

Paolo heb ik ook een bericht gestuurd, hij zei dat hij zich een halfuur kon vrijmaken in de namiddag. Maar voor dat halfuurtje ga ik geen bus later nemen. Vooral omdat hij zei “in de namiddag”, en zoals we weten kan dat alles en niks betekenen.

Nog een reden waarom ik onrustig word van GP, is omdat hij binnensmonds of met een sigaret in zijn mond een hoop dingen in dialect zit te mompelen, die ik dan niet kan verstaan. De hele tijd. Dus ik moet de hele tijd ‘wablief’ zeggen, en daar word hij dan geërgerd van. En wat heb ik nu aan iemand die de hele tijd geërgerd doet omdat ik niet versta wat hij in dialect tegen mij binnensmonds zit te mompelen.

13.20 aan een tafeltje op een zonnig terras

Tot zonet zat ik nog in dubio over wanneer ik mijn bus zou nemen naar Palermo, maar ondertussen zit ik op een windvrij, zonnig terras voor mijn lunch, dus het wordt die van 15u. De Fransen naast mij gaan net weg, dus dat valt ook weer mee, want ik kan me echt ergeren aan de Franse taal en aan Fransen als ik in Italië ben. Dat doorbreekt zo de Italiaanse sfeer.

Giampiero kwam vanmorgen dus naar het barretje waar ik met mijn cappuccino zat te schrijven. Ik was beter voorbereid op hem, dus ik kon hem beter aan. Hij heeft een koffie gedronken en dan zijn we naar een stukje strand aan de zoutpannen van Trapani gereden. En dan besef ik dat het natuurlijk ook goud waard is als Sicilianen me meenemen naar plekken waar ik anders niet kom. Als ik niet zoveel nood had gehad aan alleen-zijn en aan rust en aan het mezelf terugvinden en aan het wegjagen van mijn onzekerheid, dan had ik kunnen ingaan op al zijn voorstellen deze week: om ’s avonds mee te gaan eten/drinken, mee naar Mothia te rijden, enz. Als ik meer bereikbaar, beschikbaar was geweest, en niet elk aanbod afgeslagen had, was ik misschien nog eens op de zoutpannen bij zonsondergang geweest, en ’s avonds naar de acque calde (thermen van Segesta)… Maar ik was ’s avonds altijd moe en heel weinig sociaal. Vandaag voel ik me beter.  Het was uiteindelijk ook heel fijn en gezellig met GP vanmorgen aan dat strandje.  Hij vertelde dat hij weer werk gevonden had en vertelde over zijn liefdesperikelen.

Bij het opruimen van mijn bnb-appartementje vond ik uiteindelijk mijn zonnebril terug! Ongelooflijk! En zo typisch voor mij. Hij zat in een van de plastic zakjes die ik in een grote plastic zak had verzameld.

Ik ben mezelf heel erg kwijt en ik heb mezelf maar voor een klein stukje teruggevonden. Ik ben dan ook heel ver weg.

19u in Bisso Bistro in Palermo

Opnieuw in Bisso Bistro, net zoals op de eerste avond van mijn reisje.

Vanmorgen dus opgeruimd, gedoucht, ingepakt en tegen 11u mijn rugzak achtergelaten aan de receptie, dan gaan ontbijten en tegen de middag kwam GP dus. Hij vroeg, toen we weer terug waren van de zoutpannen, of ik mee ging lunchen met zijn vader, maar ik wilde nog van de laatste zon genieten, ik wilde buiten kunnen zijn. Dus ik ging op zoek naar een plekje met zon om te lunchen, en dat vond ik uiteindelijk. Na mijn lunch in het zonnetje ben ik mijn rugzak gaan halen en dan naar de bushalte gewandeld.  

In Palermo aangekomen kon ik, via een sleutelkastje met code, zelf inchecken. De eigenaar was er niet. Ik kwam binnen en er kwam me een aangename warmte tegemoet… Een appartement met verwarming!! Plots besefte ik hoezeer ik ’s avonds de verwarming heb gemist. Hoezeer ik het ook gewoon ben om warmte te voelen in huis en hoezeer dat plots als een luxe aanvoelde na een hele week kilte ’s avonds. Ik werd er instant ontspannen van. Prachtig appartement ook. Zo zou ik wel kunnen wonen. Goed gekozen bnb dus. Gedoucht, mijn haar gewassen en dan naar Bisso Bistro.

En daar zit ik nu. Deze keer zit ik aan de toog.

Morgen heb ik om 12.35 ’s middags de rechtstreekse nachttrein naar Milaan.

Zondag 23 februari 

14u, in de trein

Ik heb goed geslapen in de bnb in Palermo. Het was dan ook een heerlijk bed.

Ik zit op de trein. Ik heb opnieuw een driepersoonscompartiment. Daar zijn voor- en nadelen aan. Ze zijn donkerder, de vensters zijn kleiner, ze zijn minder ruimtelijk, en ook gewoon kleiner want de bedden staan aan een kant. Momenteel ben ik alleen in het compartiment. Ik zie ook niemand anders in de rest van de wagon. Het grootste voordeel is dat de bedden net dat tikje zachter zijn, zodat je niet het gevoel hebt op een tapijt op de grond te liggen en niet voortdurend wakker wordt van een slapende arm.

Vandaag is het mooi weer in Palermo. Het lijkt toch echt warmer in Palermo dan in Trapani. In Trapani was er steeds een onaangename, kille wind. In Palermo heb ik die wind niet gevoeld. Vanmorgen heerlijk in het zonnetje ontbeten, en de hele tijd in T-shirt rondgewandeld.

De laatste keer dat ik in Palermo de trein van 12.35 naar Milaan nam, zat ik de hele weg met een niet meer helemaal heldere vrouw van rond de 60, 70, met lang haar en een beetje een meisjesachtig gedrag. Een deel van de reis zaten er nog twee andere vrouwen in de coupé, en de hele wagon zat toen goed vol. Nu heb ik het gevoel dat de hele trein leeg is. Er is dan ook niemand die in deze tijd van het jaar van noord naar zuid of omgekeerd reist.

Vorige keer kon ik blijven zitten helemaal tot in Milaan. Nu mis ik om een of andere reden mijn aansluiting met de trein naar Zurich. Ofwel rijdt deze trein nu trager, ofwel vertrekt die van Zurich gewoon vroeger.

18.45 - Villa San Giovanni.

Hier wordt gewisseld van conducteur. Het blijkt dezelfde te zijn als die van de heenreis. Hij zegt: “Ancora Lei!” (U weer!) Dat maakt me dan weer een beetje vrolijk.

Er was een prachtige zonsondergang toen de trein van de boot reed.

Vanop de boot

Nu is het donker, en dat geeft een andere sfeer. Dat is ook het mooie aan zo’n nachttrein. Je beleeft er (bijna) een hele dag op. Jammer dat ik er om 6u al uit moet om over te stappen in Pisa.

Mijn droom is toch nog altijd dat deze trein gewoon zou doorrijden naar Brussel.  Als je op 10 uur met de auto van Milaan naar Brussel kan raken, dan moet dat met de trein toch ook kunnen? Desnoods wil ik in Milaan nog wel overstappen op een andere trein, als die dan tenminste rechtstreeks naar Brussel zou rijden, en sneller zou rijden.

Bij voorkeur zouden beide treinen ook een restauratiewagon hebben, waar je fatsoenlijk kan eten.

Daarstraks kreeg ik een berichtje van Toni. Of ik al weg was. Ik zei ja… Hij zei: “je had me wel een berichtje kunnen sturen”, gevolgd door een wenend gezichtje. En ik maar denken dat hij me liever kwijt dan rijk was. En ik me maar alleen en zielig en opdringerig voelen.

20u

Het is de tweede keer dat ik een hele coupé voor mijzelf heb. Wat toch wel luxe is. De luxe is de privacy en het zelf kunnen regelen van warmte en licht, en niet gestoord worden door geluiden of gepraat van anderen.

1500 km, in 20 uur tijd, voor 50 euro, in een compartiment voor mezelf. Versus: Brussel-Innsbruck (de nieuwe nachttrein, de “Nightjet”), 900 km, 14 uur, een gedeeld compartiment voor meer dan 100 euro.

Maandag 24 februari

Ik lag net heerlijk te slapen toen mijn wekker ging. Ik droomde dat ik een lief had, of zoiets.

Ik heb mijn aansluiting gehaald! Al die stress ook altijd. In Pisa moest ik een trein nemen naar Milaan. Omdat de nachttrein waarop ik zat, dus te laat in Milaan aankomt om mijn aansluiting te kunnen halen). De trein die ik in Pisa moest nemen naar Milaan zou me ook niet veel overstaptijd geven (die zou pas om 10.55 aankomen en mijn trein naar Zurich vertrok om 11.10. Een klein beetje vertraging op de trein Pisa-Milaan en ik kon de rest van mijn rit ook vergeten. Maar de snellere verbinding, via 2 Frecciarossa’s (sneltreinen) zou me meer dan 60 euro kosten. Ik besloot om het risico toch maar te nemen. Toen we in Pavia waren had de trein al 5 minuten vertraging, dus toen begon ik te panikeren. Maar uiteindelijk kwam de trein op tijd aan en ben ik op tijd op de trein naar Zurich geraakt. Niet naar het toilet kunnen gaan en geen koffie kunnen drinken. Daar verlang ik nu wel naar.

12.30

Eindelijk mijn koffie. Ik ben me wel weer big time aan het ergeren aan van alles. Het zal de vermoeidheid zijn. Ik drink mijn koffie op de restauratiewagon van de trein. De eerste keer dat ik en een trein zit met een restowagon met tafeltjes. We zijn net voorbij het meer van Lugano gereden, dat was prachtig.

De trein Pisa-Milaan was rustig en ging uiteindelijk ook goed vooruit. Ik genoot er best van., al had het nog aangenamer geweest als ik gewoon had kunnen blijven liggen tot in Milaan. Ik herinner me de vorige keer in april als ongelooflijk lang en vermoeiend en helemaal niet aangenaam. Maar toen had ik een slaaptekort van een hele week bij Roberto, dus misschien vandaar.

15.40

Ik ging om 14.50 aankomen in Zurich vanuit Milaan en om 15.34 zou ik mijn trein hebben naar Parijs. Ik kwam ook effectief aan om 14.50, maar mijn trein naar Parijs is afgeschaft. Afgeschaft!

Foto's

Van reisblog naar fotoboek
Laat een prachtig fotoboek afdrukken van je verhalen & foto's. Al vanaf € 21,95.
reisdrukker.nl

Foto’s